Zelfregulering
Politici komen en gaan, maar de lobbyisten van bedrijven blijven. Hun belangrijkste opdracht is om hinderlijke regelgeving te voorkomen.
Een van de beloftes die bedrijven doen, is overstappen naar 100% composteerbaar of zogenaamd ‘biodegradable’ plastic. Wat is er mooier dan verpakkingsmateriaal dat in het milieu op geheel natuurlijke wijze afbreekt, zoals papier? In de strijd tegen de plasticsoep is het vooral van belang dat verpakkingsmateriaal binnen afzienbare tijd in zee wordt afgebroken. Dat wil zeggen: in water met lage temperaturen, weinig zuurstof en weinig zonlicht. Maar dát wordt niet bedoeld als multinationals het hebben over 100% composteerbaarheid. Ze doelen op kunststof dat in plaats van olie gemaakt wordt van natuurlijke grondstoffen als mais, rietsuiker of aardappelen, maar vergelijkbare eigenschappen heeft.
Bioplastics worden bijvoorbeeld toegepast voor voedselverpakkingen, wegwerpbekertjes en tasjes. Ze worden gemaakt van natuurlijke grondstoffen zoals mais en rietsuiker. Overstappen op biobased kunststoffen is aantrekkelijk voor bedrijven om andere redenen dan bestrijding van de plasticsoep. Het maakt ze minder afhankelijk van olie en schommelingen in de wereldolieprijs. Met bioplastics valt ook een lagere CO2 uitstoot te realiseren. In Nederland geldt ook nog eens een lagere verpakkingsbelasting wanneer er voor bioplastics gekozen wordt. Maar hier komen andere problemen voor in de plaats. Biodegradable plastic heeft ook nadelen. Zo is voor het verkrijgen van biomassa meestal waardevolle landbouwgrond nodig.
Er bestaat veel verwarring over bioplastics, omdat niet altijd hetzelfde bedoeld wordt. Gaat het bijvoorbeeld om plastic gemaakt van biomassa, zoals mais of zetmeel, met eigenschappen die precies hetzelfde zijn als die van oil-based-plastic? Of gaat het om plastics die wel biologisch afbreekbaar zijn? En kunnen die laatste dan wel of niet op de composthoop gegooid worden? Je kunt de verschillende soorten op het oog ook niet goed van elkaar scheiden. Daardoor worden ze gemengd aangeboden voor recycling, hetzij in de plasticbak, hetzij in de bak met organisch afval. Dit verstoort aan de ene kant het recyclingproces van plastic en aan de andere kant het composteringsproces van organisch afval.
Politici komen en gaan, maar de lobbyisten van bedrijven blijven. Hun belangrijkste opdracht is om hinderlijke regelgeving te voorkomen.
Lichtgewicht verpakkingen brokkelen eerder af in kleine stukjes dan verpakkingen die dikker en steviger zijn. Maar dit is lang niet het enige probleem…
De bedrijven kunnen onbeperkt plastic verpakkingen op de markt blijven brengen zolang ze zelf niet verantwoordelijk zijn voor de end of life-fase.
Recycling van plastic voorkomt niet of nauwelijks dat plastic in het milieu terechtkomt, hoe we ook ons best doen. Wat kunnen we wel doen?