Amsterdam, 10 oktober 2017 – Recente onthullingen in België tonen hoe ver de verpakkingsindustrie verweven is geraakt met de overheid en zo het overheidsbeleid in haar voordeel kan beïnvloeden. Net als in andere Europese landen lobbyt de verpakkings- en frisdrankenindustrie tegen strengere milieumaatregelen en statiegeld. Haar primaire doel is minimalisering van kosten en voortgang van de huidige productiewijze. Dit conflicteert met een effectieve strijd door overheden tegen zwerfafval en de plastic soup.
Mooimakers, het Belgische zusje van NederlandSchoon, werd in 2011 opgericht door Fost Plus en OVAM. Fost Plus is de vereniging van de verpakkingsindustrie met Coca-Cola als prominent lid. OVAM, de Openbare Vlaamse Afvalstoffenmaatschappij, valt onder de Vlaamse overheid. Mooimakers presenteert zich als de motor van een maatschappelijke beweging om zwerfvuil aan te pakken. In de organisatie is ook de Vereniging van Vlaamse Steden en Gemeenten vertegenwoordigd.
Bij Mooimakers zijn 10 ambtenaren werkzaam die worden betaald met bijdragen uit de industrie, aldus onderzoek van Recycling Netwerk. De implicatie dat deze ambtenaren daardoor niet onafhankelijk zijn, was aanleiding tot een parlementair debat. Mooimakers gaat onder andere over monitoring van zwerfafval, terwijl het bedrijfsleven er alle belang bij heeft die cijfers zo gunstig mogelijk voor te stellen. “Het is alsof de monitoring van luchtvervuiling gefinancierd wordt door de auto-industrie”, aldus directeur Rob Buurman van Recycling Netwerk.
Extra saillant in dit verband is een afgelopen maart afgerond tweejaarlijks onderzoek over de kosten van zwerfvuil, uitgevoerd door het Nederlandse onderzoeksbureau KplusV in opdracht van OVAM. Hierin staat dat Vlaanderen in 2015 een bedrag van 103 miljoen euro uitgaf aan de bestrijding van zwerfvuil; een stijging van 42 miljoen ten opzichte van 2013. Er moet dus steeds meer opgeruimd worden, terwijl het overheidsbeleid (OVAM) juist streeft naar een vermindering van 20% van het zwerfafval. Dat streven wordt dus bij lange na niet gehaald, aldus MoneyTalk afgelopen april. Het rapport is een half jaar later nog altijd niet beschikbaar op de site van OVAM, zo gevoelig liggen deze voor de industrie onwelgevallige cijfers. OVAM kondigde bovendien “een peer review naar de kwaliteit en de representativiteit van de onderzoeksresultaten” aan. Zo wordt openbaarmaking nog een tijd uitgesteld.
Recycling Netwerk vat het probleem als volgt samen: “Om het milieu schoner te krijgen, moet het beleid zich baseren op cijfers die de realiteit weergeven. De drank- en verpakkingsindustrie heeft er uiteraard alle belang bij om de stijging van het zwerfvuil te minimaliseren. Daarom is het niet gezond dat de industrie de financier is van de afdeling van OVAM die de cijfers over zwerfvuil registreert. De ambtenaren die het zwerfvuil monitoren moeten hun werk in volledige onafhankelijkheid kunnen doen. De Vlaamse overheid moet dan ook als enige instaan voor hun loon.”